Kun Je Horen Wat De Geest Zegt?

by Chip Brogden

door Chip Brogden
(Vertaald door Bibi Godschalk)
“..met eigen oren zul je een stem achter je horen zeggen: ‘Dit is de weg die je moet volgen. Hier moet je naar rechts. Ga daar naar links (Jesaja 30:21).”
God wil ons in verwarring brengen opdat we naar Hem leren luisteren. Voordat we door de Heer in verwarring zijn gebracht, zijn we dogmatisch en zeker van wat we geloven, maar nu zijn we niet meer zo zeker van onze zaak. Voorheen konden we de Heer horen en Zijn aanwijzingen volgen, maar nu horen we weinig of niets meer. Voorheen waren we zeker van onze weg en onze roeping, maar nu vragen we ons af, of we het misschien bij het verkeerde eind hadden. Wat gebeurt er? De Heer brengt ons in verwarring. Hij leert ons wat het is om naar de Geest te wandelen.
Eigenlijk zijn we tot nu toe door onze gevoelens geleid. Als we nog kinderen zijn, gebruikt God onze gevoelens om ons te leiden. Maar nu wil Hij dat ons geloof groeit en om dit te bewerkstelligen, leidt Hij ons naar onbekend terrein en leert Hij ons om naar Hem te luisteren. De plannen, formules of programma’s die we tot nog toe gebruikten om de wil van God te kunnen vaststellen, blijken gedurende deze tijd vruchteloos te zijn. We verwachten dat de Heer dit of dat doet, maar dat doet Hij niet. We verwachten dat we zus en zo moeten voelen, maar die gevoelens hebben we niet meer. Net zoals vroeger, verwachten we een ontmoeting met God te hebben, maar het lijkt alsof God Zijn gezicht voor ons verbergt.
Verbergt de Heer Zich echt? Laat Hij ons maar aan ons eigen lot over en weigert Hij met ons te spreken? Nee, helemaal niet, maar Hij wil dat wij helemaal op Hem vertrouwen en niet op onze zintuigen en gevoelens, zelfs als Hij in het verleden onze gevoelens wèl heeft gebruikt.
Wat betreft de Stem en het Leiden van God, leidt Hij ons als kleine schapen en leren we als een kind te luisteren. Hij moet ons ieder ding zeggen: ga hier naar toe, zeg dit of dat, sla deze weg in, enz. Hij geeft ons zo’n besef van Zijn Tegenwoordigheid dat het lijkt alsof we op wolken lopen. Zijn aanwijzingen zijn helder en duidelijk. Het is de enige manier dat kinderen kunnen leren.
Als we na een tijdje echt hongeren en dorsten naar gerechtigheid, zullen we volwassen beginnen te worden. Nu gaat God ons spenen van het gevoelsleven en heerlijke geestelijke ervaringen. Die tijden worden minder naarmate we ouder worden. Wanneer we om leiding vragen, komt het antwoord niet zo gemakkelijk meer. We moeten nu wachten en dat zijn we niet gewend. We beginnen ons af te vragen wat we verkeerd gedaan hebben en waarom we niet meer zoals vroeger, dat duidelijke gevoel van Zijn Aanwezigheid hebben. Misschien gaan we meer bidden, of voeren we onze geestelijke disciplines nog ijveriger uit, in een poging om die gevoelens, die we vroeger hadden, terug te krijgen. Soms worden we met het gewenste gevoel beloond. maar meestal is dat niet het geval. Geen hoeveelheid bidden, vasten, of geestelijke activiteit zal het gevoel terugbrengen. We horen niet de heldere Stem van God meer zoals voorheen.
Hoe makkelijk zeiden we vroeger niet, “De Heer heeft mij dit of dat duidelijk gemaakt”, maar vandaag de dag maken we minder gauw die vrijmoedige uitspraken. In plaats daarvan vragen we ons af, waarom we niets meer van God horen. We onderzoeken ons eigen hart om te zien of er geen onbeleden zonden zijn, maar ons hart veroordeelt ons niet. We zijn niet in staat uit te leggen wat er aan de hand is.
Een Christen die met deze situatie geconfronteerd wordt, moet beseffen dat kinderen door God op een kinderlijke manier geleid worden, maar dat God een volwassen gelovige op een volwassen manier zal leiden. Na verloop van tijd worden we geacht de WEGEN van God en de WIL van God te kennen. Als we de wegen van de Heer kennen, zullen we spreken en ons in harmonie met Zijn Geest bewegen, zonder steeds bewust stil te staan en om leiding te vragen, te wachten op een warm gevoel of een tintelende sensatie voordat we verder gaan.
Wanneer we voor het eerst bewust worden van de geestelijke dingen, zijn we zo opgewonden dat het mogelijk is om met God in dialoog te gaan, dat we verwachten dat alles vanaf dat punt hoorbaar en overduidelijk zal zijn. Als we God voor het eerst in het vuur van de hemel horen of in de machtig suizende wind, dan verwachten we dat alles van nu af aan vuur en wind zal zijn. Maar dat is gewoon niet zo. Als we de Heer in een verblindend wit kleed zien, hebben wij, net als de discipelen, de neiging een tabernakel voor Hem te willen bouwen en daar te blijven, maar Jezus vertoont Zich niet altijd aan ons met een blinkend gezicht en met licht gekleed.
Het doet me denken aan het verhaal van de schoenmaker die op een ochtend tijdens het bidden hoorde, dat de Heer tegen hem sprak en zei, “Ik kom vandaag bij jou in de winkel”. De schoenmaker was teleurgesteld toen er alleen maar een oude man, een clochard en een kind kwamen. Aan het eind van de dag riep de schoenmaker uit, “Heer, waarom bent U vandaag niet bij mij in de winkel geweest, zoals U mij had beloofd?” Toen liet de Heer hem zien dat Hij inderdaad gekomen was, niet een keer, maar drié keer. Het was alleen niet gegaan zoals de schoenmaker verwacht had.
Als we nog kinderen zijn, zal de Heer over het algemeen buitengewone, zelfs wonderlijke manieren gebruiken om ons te leiden, maar wanneer we ouder worden en bekend raken met Zijn wegen, verwacht Hij dat we meer op de Geest vertrouwen en minder van een sensatie of krachtige gebeurtenis afhankelijk zijn. Dat sluit niet uit dat we af en toe een tastbare ervaring met de Heer hebben, maar het is niet zijn manier van werken met volwassenen. Hoe ouder iemand wordt in de Heer, hoe meer intuïtief hij of zij wordt. Alles is niet meer zo klaar als een klontje. Met een duidelijk woord van God of na een of andere bovennatuurlijke sensatie, nemen we vrijmoedige stappen. We zijn niet meer zo impulsief, wel behoedzaam bij iedere stap, als het een klein stil stemmetje betreft, ons geweten of een indruk van iets is. Als we helemaal geen leiding ontvangen, wachten we langer op de Heer. We zijn minder zeker van onszelf en meer van de Heer afhankelijk. Deze afhankelijkheid brengt nederigheid voort.
Uiteindelijk leren we dat God meer is dan een of ander formule en we nooit zeker weten wanneer of hoe Hij in een specifieke situatie met ons zal spreken. We leren onze ogen openen voor kleine aanwijzingen van de Geest door alledaagse, gewone vaten en in ons dagelijkse leven, in plaats van te wachten op een machtige wind bij een samenkomst van gelovigen.
Een van de manieren waarop deze God-Mens zich openbaart, geloof het of niet, is niet door een heerlijk visioen of een bovennatuurlijk gebeuren, maar door de bladzijden van dit boek, dat we de Bijbel noemen. Sta er eens bij stil: wat vreemd, door een boek. Waarom zou Hij niet gewoon van aangezicht tot aangezicht verschijnen aan degene die Hem zoekt en met hem/haar praten! Nee! Waarom niet? Omdat we er dood bij neer zouden vallen. Het zou ons helemaal overweldigen, als we met de echte Jezus geconfronteerd zouden worden, want de Jezus waarin wij zijn gaan geloven is een sprookje, een vrolijke elf of fantasie karakter. Met behulp van types, voorschaduwen en verhalen bereidt de Bijbel ons voor op Hem niet waar, om je belangstelling op te wekken en je te laten wennen aan Hem en Zijn manier van handelen, opdat je niet helemaal overweldigd wordt wanneer je Hem echt ontmoet.
Hoe oneerbiedig nemen we het Woord ter hand en bladeren wat door onze geliefde verzen en zeggen dan “saai hoor”. We zijn niet echt met de Heer in aanraking gekomen. We zijn niet in aanraking met het Woord van God gekomen. Waarom niet? Omdat de Bijbel, aan de omslag te zien, zo’n doodgewoon boek is. Geen moderne techniek. Het kan geen kwaad, het is zo onschuldig. Maar het is wel de eerste introductie, die ons leidt naar een ontmoeting met de Man, de God-Mens. Absoluut geweldig is dit plan van God.
We weten dat God door middel van de Bijbel met ons spreekt. Als geestelijke jongeren zeggen we misschien wel heel dogmatisch, dat dit de ENIGE manier is waarop God met ons spreekt. Als gevolg daarvan wordt ons gezichtsveld beperkt tot de geschreven tekst en missen we de miljoenen andere manieren waarop God met ons wil communiceren. Natuurlijk is het geschreven Woord van cruciaal belang, want het geeft ons een aantal objectieve criteria, waartegen onze subjectieve geestelijke ondervindingen gemeten kunnen worden. Zonder de objectiviteit van God’s geschreven Woord zou iedere geestelijke ervaring, valse profeet en valse leer ons van ons stuk brengen.
Laten we er echter voor zorgen, dat we God niet beperken door te zeggen dat Hij alléén door de Bijbel zou spreken. Het is toch een verslag van God, die met mannen en vrouwen spreekt door vele generaties heen en op allerlei verschillende manieren? We hebben in de Bijbel hoorbare stemmen, engelen, visioenen, dromen, profetische woorden, tekenen en wonderen, oordelen en natuurlijke rampen, die openlijk verwijzen naar de manier, waarop God met de mens communiceerde. Deze communicaties zijn opgeschreven opdat wij een permanent verslag zouden hebben. Uiteindelijk stuurde God Zijn Zoon, Jezus Christus om met ons van aangezicht tot aangezicht te communiceren en het verslag van deze ontmoetingen zijn ook in de Bijbel te lezen. Toen werden de brieven van de apostelen aan de kerken overgeschreven en werden ze deel van deze heilige tekst gemaakt.
Toch is er nog een ander verslag en een andere getuigenis van Jezus Christus, die er was voordat de Bijbel zelfs geschreven was en die nog steeds vandaag de dag bestaat. Ik heb het over de getuigenis van de Schepping zelf. De Bijbel zegt dat de hemelen de heerlijkheid van God verkondigen en dat het heelal het Werk van Zijn handen roemt. Er staat ook, dat God door Jezus Christus de werelden vorm gaf, en dat de hele schepping wacht op de openbaarwording van de zonen van God (de Kerk). De vingerafdrukken van God zijn overal: tussen de sterren in de zwarte diepten van de ruimte, in de oneindig witte sneeuw van de polen, in de waterige diepten van de Stille Oceaan, in de adembenemende hoogten van de Alpen. Zijn ontwerp kan onder de microscoop en door de telescoop worden gezien, van het fijne ingewikkelde weefsel van een spinnenweb tot aan de ringen om Saturnus
Dan spreekt God ook nog door andere mensen tot ons. En hiermee bedoel ik niet predikers, leraren en schrijvers, maar gewone mensen, alledaagse mensen. Familie en vreemden. Vooral kinderen. God spreekt tot mij door mijn kinderen en door mijn vrouw. Hij spreekt tot mij door mensen die mij bekritiseren, door mijn vrienden, door mensen waar ik van houd en ook door mensen waar ik niet van houd. Soms is het moeilijk Hem te horen spreken via gewone mensen, maar Zijn weerklank kunnen we niet missen als we leren hoe om te luisteren.
God spreekt constant met ons door onze omgeving, onze moeilijke omstandigheden. Iedere keer wanneer we met moeilijke dingen worden geconfronteerd, wanneer dingen niet gaan zoals gepland, laten we dan onszelf afvragen: “Wat wil de Heer misschien door deze situatie zeggen?” in plaats van de duivel te bestraffen. Misschien ervaar je tegenwind omdat je de verkeerde kant op zeilt. We moeten leren het onderscheid te kunnen maken tussen een aanval van de vijand en de hand van de Heer.
Jezus, zei telkens opnieuw, “Hij die oren heeft om te luisteren, laat hem horen.” De Heer spreekt inderdaad met ons op vele verschillende manieren, die wij vaak over het hoofd zien. Laten wij de Heer om een horend oor en een ontvankelijk hart vragen. Amen.

About the Author

CHIP BROGDEN is a best-selling author, teacher, and former pastor. His writings and teachings reach more than 135 nations with a simple, consistent, Christ-centered message focusing on relationship, not religion. Learn more »

ONLINE BIBLE STUDY

You have Successfully Subscribed!