De Roeping van Het Kruis

by Chip Brogden

door Chip Brogden
(Vertaald door Bibi Godschalk)
“Wie zijn kruis niet op zich neemt en Mij volgt, is Mij niet waard (Matteüs 10:38).”
Ben jij de Heer Jezus Christus waard?
Hoor wat de Heer hier zegt. “Als jij je Kruis niet opneemt en Mij volgt, verdien je Mij niet.”
Het gaat er niet om of we Christus volgen. De kern van de zaak is, hebben we het Kruis opgenomen? Er is een volgorde in de roeping om een discipel van Jezus Christus te worden; eerst moeten we ons Kruis opnemen; pas dán mogen we Hem volgen. Dus niet: “volg Mij eerst en neem dan later je Kruis op.” Het Kruis is stap nummer één. Het opnemen van het Kruis is de basis van Christus volgen en het is niet iets waar we pas vele jaren later toe geroepen worden. Het zogenaamde “diepere Christelijke leven” is eigenlijk het normale Christelijke leven. Enig iets minder dan dat is abnormaal. Er is geen grotere diepte in het leven van een Christen dan wat God van het begin af aan van ons verwacht. Als we enigszins “dieper” worden, komt het alleen omdat we daarvoor heel oppervlakkig zijn geweest. We moeten ons Kruis opnemen en Jezus volgen.
Wanneer ik het Kruis opneem, toont dat niet alleen aan, dat ik bereid ben te sterven, maar dat ik in feite al dood ben. Het kruis is niet een theorie, maar werkelijkheid. Bereid zijn om te sterven is goed, maar echt sterven en dan weer leven is het beste wat er is. Vandaag mijn Kruis opnemen houdt in, dat ik vandaag mijn doodsvonnis aanvaar. Het is het begin van het einde van mijn leven. Het Kruis maakt mij niet alleen zwak, het doodt mij. Sommigen geloven dat het wel goed zit omdat zij bereid zijn te sterven voor hun geloof. Voor Jezus Christus is dit niet goed genoeg. Veel radicale activisten binden explosieven om hun middel en blazen onschuldige mensen en gebouwen op vanwege hun geloof. Ze zijn duidelijk misleid door een vals plichtsbesef – toch zijn zij meer aan hun religie toegewijd dan hun Christen tegenhangers aan hun Heer toegewijd zijn. Geloof is niet Christus volgen en dan sterven, maar sterven en dan volgen. De eisen van Christus overtreffen die van alle andere religies. Christus gebiedt ons te sterven en dan te volgen.
Sommigen zullen zeggen, “Ik ben bereid om te sterven nu dat ik volg.” De persoon die het Kruis kent zegt, “Ik ben klaar om te volgen nu dat ik gestorven ben.” Waarom is dit belangrijk? Omdat Jezus weet dat geen mens geschikt is om Hem te volgen totdat ze eerst gestorven zijn. Jezus, weet dat een mens niet echt kan leven totdat hij gestorven en weer tot leven opgewekt is . Daarom zegt Hij dat we onmiddellijk moeten sterven, opdat Hij ons door Zijn Inwonende Geest uit de dood kan opwekken en dadelijk op de goede weg zetten.
Een Algemene Ervaring
Wat is de ervaring van vele Christenen? Ze worden geleerd dadelijk bij de Heer te komen zoals ze zijn en toe te laten dat de Heer hen verlost. Daarna wordt hun gezegd de Bijbel te lezen, te bidden, de kerkdiensten bij te wonen, hun tienden te betalen en van Christus te getuigen. Tot hun verbazing is het heel moeilijk om de zonde af te leggen. Zelfs na jaren van trouwe activiteit zijn er velen, die met dezelfde zonden nog moeite hebben. Als ze wel in staat zijn door hun wilskracht en druk van anderen de uiterlijke zonden na te laten, lijken ze niet hun eigen innerlijke toestand te kunnen overwinnen. Hoogmoed, roddel, jaloezie, zelfgerechtigheid, intolerantie – vele heiligen strijden nog met deze dingen, zelfs jaren nadat ze de eerste keer de Heer begonnen te volgen, en zelfs nadat ze hun meer “fysieke” tekortkomingen nalieten. Als we echt goed kijken, zullen we zien dat deze overduidelijke “zonden van het vlees” toch nog aanwezig zijn. Dit vaak tegen hun wil in en ondanks vele pogingen om deze slechte verlangens af te leggen. Het lukt hun niet deze te overkomen. Hoewel er enkele positieve veranderingen zijn, gaat – kort gezegd – het Christelijke leven veelal op en neer. Er zijn een paar overwinningen tussen heel veel verslagenheden; het is een cyclus van proberen, falen, weer proberen, in een constante strijd tegen de zonde.
Als er “counseling” gezocht wordt, wordt de Christen die zich in deze situatie bevindt, basisch gezegd hun “lendenen weer eens te omgorden” en beter hun best te doen in hun pogingen tot bidden, Bijbellezen en kerkbijwoning. Ze worden aangemoedigd hun zonden te belijden en te blijven proberen. Een nieuw boek belooft hen het geheim van de Christelijke Levenswandel. En gretig lezen ze het boek en gebruiken de voorstellen een tijd lang met succes, maar weer eens biedt het geen permanente oplossing voor een chronische toestand. Misschien is het een nieuwe CD of een andere gemeente. Of een nieuwe leer wordt opnieuw benadrukt, hetzij geestelijke oorlogvoering, gebed of aanbidding. Als het vasten de oplossing moet bieden dan vasten ze, maar zonder langdurig resultaat. Ze horen misschien zelfs een boodschap over zelfverloochening en zeggen er amen op. Ze nemen zich voor te sterven en zichzelf alles te ontzeggen. Maar hoe meer ze sterven, hoe levendiger ze worden.
Dit was jaren lang mijn eigen ervaring. Ik bad de eerste keer tot de Heer toen ik acht was en trachtte het Christelijke leven uit te leven vanuit mijn eigen inspanning. Ik kan me herinneren, dat toen ik een jongen van dertien was, ik me voornam die dag naar school te gaan zonder de hele dag te zondigen. Je zou denken dat een zodanige taak redelijk eenvoudig zou zijn voor een jongen, maar ik ontdekte dat zelfs voordat de school begon, ik al zondigde! Mijn gedachten, mijn woorden, mijn handelingen veroordeelden mij. Aan het eind van de dag kon ik alleen maar bidden om vergeving en me voornemen het morgen beter te doen. Toch faalde ik weer. Net toen ik er zeker van was dat ik zou overwinnen, faalde ik weer – en het was nog niet eens 9 uur! Tegen de middagpauze had ik het opgegeven en ‘s avonds beleed ik mijn zonde weer en nam ik me weer voor het de volgende dag beter te doen. Door de jaren heen heb ik genoeg Christenen raad gegeven en met hen gebeden om te weten, dat mijn ervaring zeker niet ongewoon of uniek was, en dat het de algemene ervaring is van heiligen van alle leeftijden en achtergronden.
Wat is hier het probleem? Kort gezegd dit: we proberen te volgen voordat we gestorven zijn. Het is triest dat na vele jaren van dienstbaarheid de Heer ons weer terug moet roepen naar het Kruis, precies de plaats waar we hadden moeten beginnen. Hoewel we mensen moeten aanmoedigen bij de Heer te komen zoals ze zijn en ze de Heer moeten vertrouwen als hun Verlosser, moeten we ze ook leren de kosten te berekenen en het Kruis op te nemen: anders zijn ze Jezus niet waardig! God kan ons niet vullen totdat Hij ons leegt. Het Kruis is wat ons leeg giet opdat we volgeschonken kunnen worden. Jammer genoeg, resulteert de verlossing die tegenwoordig gepredikt wordt, niet in het sterven van die persoon, maar eerder in een soort “bezwijming”. Er is een extatische vreugde en de “bijna-dood ervaring” van zogenaamde overgave, maar het is niet de echte dood. De bekeerling verandert zijn gedrag een beetje en huilt een paar tranen, maar van buiten leeft hij nog. Het uiterlijke gedrag is misschien wat veranderd, maar hij is niet gestorven. Hij begint de Heer te volgen en vult zijn leven met geestelijke activiteit, maar zijn vele falen en tekortkomingen bewijzen dat er iets schort. Wat mist hij? Hij kent het Kruis slechts als iets waaraan Jezus voor hem gestorven is. Het Kruis is niet een beeld van zijn eigen sterven, maar van de dood van zijn Heer. Het wordt zelden of nooit gepresenteerd als iets anders; alleen als de weg van verlossing en vergeving van zonden. Er zijn weinig mensen, die beseffen dat het kruis opnemen dé manier is waarop we het Christelijk leven moeten binnenkomen en uitleven.
Christus Volgen Tegenover Het Kruis Opnemen
Moge God ons geestelijke visie geven om de menigte te zien, die vandaag de dag zegt Christus te volgen. Als we volgelingen uit deze menigte zouden halen en vragen of ze werkelijk de Heer volgen, zouden ze hoogstwaarschijnlijk ja zeggen. En indien we zouden vragen hoe ze weten dat ze de Heer volgen, zouden ze waarschijnlijk naar een tijdstip verwijzen, waarop ze het zondaarsgebed gebeden en Christus ontvangen hebben. Of ze zullen praten over de kerk die ze bijwonen, of hun kennis van geestelijke zaken of hun specifieke bediening. Het is interessant om te zien dat Christenen heel goed weten dat ze niet door werken gered kunnen worden, maar als je doorvraagt, spreken ze altijd van hun werken als bewijs dat ze de Heer volgen.
Natuurlijk willen we niemand ontmoedigen in de uitvoering van hun geestelijke plichten en activiteiten. Toch blijven we zeggen dat het mogelijk is Christus te volgen zonder Hem waard te zijn. Ik stel niet zo veel belang in het feit dat iemand de Schrift kan onderwijzen, een trouwe kerkganger is, getuigt tegenover vreemdelingen, kerken bouwt of op allerlei manieren “bewijzen” dat ze Christus volgen. Misschien is het heel bewonderenswaardig, ik wil alleen weten: heb jij je Kruis opgenomen? Ben je gestorven? Als je bereid bent naar het Kruis te gaan en te sterven, dan is er hoop voor je. Anders ben je gewoon de zoveelste religieuze persoon. Mensen zetten alles op alles om de Kruisdood te ontspringen. Waar nodig, zijn ze zelfs bereid een hele religieuze, morele, ethische en geestelijke levenswijze erop na te houden – zo lang het hen ten goede komt. Ze begrijpen niet dat Christus degenen, die Hem volgen, niet aanvaardt tenzij zij eerst hun Kruis hebben opgenomen.
Zelfs de term “wedergeboren” impliceert doodgaan, en opnieuw geboren worden. Heb je dat ook ondervonden of is dit gewoon een verbloemde manier van zeggen dat men “religieus wordt”? Sommigen beweren een wedergeboorte te hebben ondergaan, terwijl zij duidelijk nooit gestorven zijn! Ze hebben een beetje onderwijs gehad, een gebed opgezegd, hun leven een ietwat verbeterd en zelfs een paar goede daden gedaan. Maar enig iemand kan religieus worden en moreel met een schone lei beginnen. Wanneer je met zulke mensen spreekt, hoop je dat zij met de Heer in contact komen, maar je gaat er vandaan met het gevoel dat je met henzelf in contact gekomen bent en niet met de Heer die zij zeggen te vertegenwoordigen. Ze “leven”, en hun eigen leven is zo zichtbaar, dat je jezelf afvraagt of het Leven van Christus eigenlijk wel in hun bestaat. Er lijkt voor Jezus heel weinig plaats te zijn omdat de Eigen Ik zo stevig op de troon zit, zelfs temidden van een heleboel geestelijk werk en bediening. Dit verklaart waarom velen in alle eerlijkheid tegen de Heer zullen zeggen dat ze machtige werken in Zijn Naam hebben gedaan, en dat Hij dan alleen kan antwoorden, “Ga weg van Mij; Ik ken je niet.” Hoe is dit mogelijk?
Christus vraagt niet dat wij ons leven een beetje VERBETEREN, maar dat wij ons leven OPGEVEN. Dus gaat het er niet om of wij een van de menigte zijn, die Hem volgen, maar wel: heb jij het Kruis opgenomen? Want dit is het begin van het volgen van Christus.
Niet Ik, Maar Christus
Wat is het Christelijke leven? Het is ik in Christus en Christus in mij en door mij, Die doet wat ik zelf niet in staat ben te doen. “Met Christus ben ik gekruisigd: ikzelf leef niet meer, maar Christus leeft in mij. Mijn leven hier op aarde leef ik in het geloof in de Zoon van God (Galaten 2:20a).” Dit is het geheim van het Christelijke leven. Het is niet je lendenen omgorden en proberen beter je best te doen – het is beseffen dat we dat niet kunnen, dat we ermee moeten ophouden en vertrouwen, dat Hij doet wat wij niet kunnen doen. Ons probleem is dat we denken dat we het wèl KUNNEN. Hopelijk beseffen we dat we onszelf niet kunnen verlossen en dus de Heer ervoor vertrouwen moeten, maar bij alle andere dingen vragen we dat de Heer ons helpt het zelf te doen.
Bedenk eens hoe dwaas het is om de Heer te vragen, “Help mij alstublieft mijzelf te helpen. Ik zal heel hard werken en mijn best doen. Ik bid dat U mij de kracht hiervoor wilt geven. ” Als je iemand zo hoort bidden, dan zal je hopelijk aan hem of haar uitleggen dat hoewel ze waarschijnlijk met oprechtheid bidden, dit ook vanuit onwetendheid doen. Wij worden niet gered door het feit dat Christus ons helpt onszelf te redden, maar door te proberen om dat niet meer te doen en te vertrouwen op wat Hij doet, want wij kunnen het niet. Wanneer we eenmaal beseffen dat het door genade en niet door werken is, kunnen we alleen maar onze handen naar de hemel uit strekken en zeggen, “Heer Jezus, ik kan mezelf niet redden – ik vertrouw U daarvoor! Ik ontvang het geschenk van God! Dank U dat U mij gered hebt.” Gebed om hulp wordt dan lofprijs voor wat Hij al hééft gedaan.
Maar hoe gaat het dan verder? We proberen de leer van Christus met behulp van onze eigen menselijke kracht, wilskracht en voornemens in praktijk te brengen. Dit is niet het christendom; dit is religie. Jezus, is niet gekomen om ons alleen maar te vertellen of te laten zien hoe we moeten leven. Hij is gekomen om ons leven te zijn. Ik leef in een verbond met Hem en Hij leeft in een verbond met mij. De Leraar wordt één met de leerling. De Meester wordt één met de discipel. Waar worden de twee één? Bij het Kruis. Dit is precies wat er in Galaten 2:20 staat. Let op, het begint met, “Ik ben gekruisigd met Christus.” Mis dit alstublieft niet. We kunnen niet met Hem worden opgewekt tenzij we met Hem gekruisigd zijn. Ik sterf opdat Christus in mij kan leven. Ik aanvaard het Doodsvonnis opdat ik Zijn leven kan leven in plaats van dat van mij. Ik leef niet meer, maar Christus leeft in mij. Dit is de enige manier. Op enige ander manier is zo’n leven helemaal buiten mijn bereik.
Je moet weten, dat mijn ongeduld, ondankbaarheid, luiheid of trots niet de oorzaak zijn. Deze zijn slechts symptomen van het probleem. In het algemeen behandelt men symptomen en laat men het probleem buiten beschouwing. De oorzaak van de symptomen wordt niet onderzocht. Anders gezegd, we hakken een paar zieke bladeren van de boom, maar de boom zelf blijft bestaan. Het probleem zit niet in wat ik DOE, maar in wat ik BEN! Ik kan misschien mijn gedrag veranderen, maar ik kan niet veranderen wie ik ben. Echte vooruitgang komt pas als ik toegeef dat ik het probleem ben en ik God vraag de bijl aan de wortel te leggen! Dit was wat Johannes de Doper predikte: “De bijl ligt al aan de wortel van de boom; iedere boom die geen goede vrucht draagt, wordt omgehakt en in het vuur geworpen (Matteüs 3:10).” Jezus hanteert de bijl, want de wortel, de Eigen Ik, maakt mij zo vatbaar voor die verleidingen van de zonde. Het slechte fruit afplukken is zinloos. Zodra ik van een ding ontslagen raak, steken er drie nieuwe de kop op. Raak ik van die drie ontslagen, steken er tien nieuwe de kop op. Leg de bijl aan de wortel en het probleem is voorbij. Dood de zondaar en je bent tegelijk van het probleem van de zonde af. Mogen we gaan inzien dat de vijand niet ergens “daar buiten” ligt, maar hier binnenin ons. Zoals iemand eens zei, wij hebben de vijand gezien en hij is onszelf. Daarom wil het Kruis ons niet veranderen, maar transformeren door de dood en opstanding. God geneest ons door ons helemaal uit de berekening weg te nemen. Ons oude leven wordt afgesneden, nieuw Zaad begint wortel te schieten en geestelijke vrucht voort te brengen.
Hoe leven we het Christelijk Leven? Het begint met het Kruis opnemen. Dán en alleen dan kunnen we volgen, want wanneer wij ophouden met doen, begint Hij in ons te werken. We kunnen niet ons eigen leven behouden en ook Zijn leven hebben. Welk leven wil je? Je kunt niet Zijn leven krijgen en dat van jou ook behouden. Toch is dit wat velen willen. Ze willen naar de hemel maar ze willen ook op aarde vrij zijn om te doen en laten wat zij willen. Ze willen de zegeningen van God hebben, maar er niet te veel voor opofferen. Ze willen met Hem heersen, maar niet met Hem lijden. Ze willen Zijn Wil volgen, maar alleen wanneer het overeenkomt met hun wil. Zo niet, dan zul je getuige zijn van een geweldige strijd en vele tranen van zelfmedelijden. Ze ontvangen graag de boodschappen van kracht, zegen, eeuwig leven en geestelijke gaven; maar ze verwerpen de oproepen tot zelfverloochening, onderwerping, overgave en heiligmaking. Ze zien het Christelijke leven als een lopend buffet, waar ze mogen kiezen wat ze willen eten. Hun leven is strikt onder eigen beheer en Christus is er om te hen te assisteren wanneer het moeilijk wordt. Zo niet, dan doen ze waar ze zelf zin in hebben en volgen hun eigen gedachten, zich een gemakkelijke weg banend ergens in de buurt van, maar niet precies op de Smalle Weg. Dit verklaart de vele verslagenheden en falen in hun strijd om goede Christenen te zijn.
Zie in dat Christus niet gekomen is om je te helpen een beter mens te zijn, maar om jou zo zwak te maken dat je er ziek van wordt om steeds je eigen weg in te slaan; dat je alleen maar op Hem leert vertrouwen en te doen wat je eindelijk beseft zelf niet te kunnen. Het geeft niet of “wat we zelf niet kunnen” onze eigen verlossing, ons humeur bewaren, met anderen opschieten, onze kinderen grootbrengen, of lust overwinnen, is. De weg is voor alles hetzelfde. Na heel veel pogingen en falen, beseffen we dat uiteindelijk en beginnen we op de genade van God te vertrouwen, zodat Hij kan doen wat wij zelf niet kunnen. Net zoals verlossing door geloof in genade komt en niet door onszelf, slaat dit ook op het uitleven van het Christelijke leven. Het verschil tussen een verslagen Christen en een overwinnende Christen is gewoon dit: de eerste leeft vanuit eigen kracht en vraagt om hulp van God en legt dan later, bijna als nabeschouwing zijn leven af, terwijl de tweede erop vertrouwt, dat Christus te allen tijde zijn plaats inneemt. Door het Kruis volbrengt God de taak om ons Eigen Ik uit de weg te ruimen. Dan zeggen we eindelijk, “Niet ik, maar Christus.”
Wij geven ons leven over opdat we Zijn Leven mogen ontvangen. We leven het Christelijke leven net zoals we het zijn binnengegaan – door toe te geven, dat we zelf tot niets in staat zijn en te vertrouwen, dat Hij het door ons heen doet. In de eerste instantie gaat het om onze verlossing. Daarna gaat het voor de rest van ons leven om in het dagelijkse leven onze verlossing te bewerken. Er is een wereld van verschil tussen Christus vragen mij te helpen doen, en het vragen dat Hij het door mij heen doet. Het verschil is succes of falen, overwinning of verslagenheid. Hoe beleven de meeste Christenen hun geloof? Ze beginnen met genade, maar dan vervallen ze al gauw in werken. Ze zien Christus als Iemand die hen helpt te leven, in plaats van Christus als hun leven te zien. Ze zijn niet gestorven en hoe harder ze proberen, hoe meer gefrustreerd ze zich voelen. Wanneer we uiteindelijk beseffen dat we worden opgeroepen het Kruis op ons te nemen voordat we beginnen te volgen, hoe meer we de wijsheid van God zien. God laat ons van het begin af aan duidelijk zien, dat wij nooit en te nimmer God kunnen behagen door wie wij zijn. Alleen Jezus Christus kan God behagen. Wij kunnen het gewoonweg niet. Ik ben alleen geschikt voor de dood. Daarom zal ik niet alleen Zijn dood aan het Kruis aanvaarden als middel om met mijn verleden en heden af te rekenen, maar ik zal ook mijn eigen Kruis opnemen en sterven, opdat Hij door mij heen in het heden mag leven. Dan ben ik ook God welgevallig in elke situatie. Door niet mijn leven, maar alleen Zijn Leven te leiden, is mijn Opstanding.
Dagelijks Het Kruis Opnemen
“Tegen allen zei Hij [Jezus]: ‘Wie achter Mij aan wil komen, moet zichzelf verloochenen en dagelijks zijn kruis op zich nemen en Mij volgen (Lucas 9:23).” We hebben al eerder gezegd dat het Kruis het middel is waardoor we het Christelijke leven binnengaan en ook uitleven. De meeste Christenen begrijpen wel hoe we binnengaan door het Kruis. Dat wil zeggen, we weten dat de dood van Jezus aan het kruis, het uitgieten van Zijn bloed, ons verlost heeft van dood zijn in onze zonden. Het volbracht het vonnis dat God tegen ons had en opende de deur naar gemeenschap met onze hemelse Vader.
Deze kennis is voldoende voor onze verlossing, maar als we het werk van het Kruis alleen maar kennen in verband met wat Jezus gedaan heeft, zullen we niet in staat zijn het Christelijke leven op zinvolle wijze uit te leven. Hoewel we vergeven zijn, zullen we ontdekken dat we niet in staat zijn de zonden, die we misschien net beleden hebben, na te laten. Het valt op dat Christus mensen opriep HUN Kruis als individu op te nemen en Hem te volgen. Zelfs voordat Hij fysiek Zijn Kruis opnam en voor onze zonden stierf, beval Hij ons, ons eigen Kruis te dragen als een voorvereiste om Hem te volgen. Bovendien vertelt Hij ons dat dit niet een eens-en-voor-altijd transactie is. Jezus stierf één maal voor onze zonden en er is geen ander offer nodig. God vraagt Hem niet Zijn Kruis op te nemen en dagelijks voor onze zonden te sterven, maar tegen ons zegt Hij wel dat wij dagelijks ons Kruis op moeten nemen en Hem volgen. Waarom dan?
Ons schriftgedeelte uit Lucas geeft ons een aanwijzing, die niet in Matteüs staat. We hebben ons gericht op eerst het Kruis opnemen en dan Jezus volgen. Laten we het nu even hebben over de aanloop tot het Kruis opnemen:”laat hem zichzelf verloochenen.” Op zich betekent het fysieke kruis niets. De Romeinse prefect, Pontius Pilatus, die Jezus ter dood veroordeelde, was niet de enige die verantwoordelijk was voor de dood van duizenden criminelen aan houten kruizen. Indien iemand door het bovenstaande denkt, dat er naar onze mening kracht zit in een houten balk met een kruisbalk, dan missen ze het punt waarom het gaat. Het Kruis is een principe, een filosofie, een standaard, een symbool van zelfverloochening. Wanneer we het hebben over de dood van Christus aan het fysieke kruis, schrijven we het woord “kruis” niet met een hoofdletter. Het is gewoon een instrument van de dood en het was een eens-en-voor-altijd gebeuren, God zij dank. Maar wanneer we het hebben over het Kruis als oproep voor zelfverloochening en discipelschap, geven we “Kruis” wel een hoofdletter, omdat het meer is dan een wijze van executie. Het gaat dan om de dagelijkse houding van de Eigen Ik afleggen, ons leven overgeven in de Handen van Een Ander, en onszelf overleveren om aan onze eigen wil te sterven opdat we Zijn Wil kunnen volgen.
Maar er is meer. Begrijp alstublieft heel goed dat het Kruis veel meer is dan dood; het is ook opstanding. Dit is het unieke van het Kruis waartoe wij geroepen worden. Het fysieke kruis eindigde altijd in de dood voor de slachtoffers; Jezus, Christus was hierop de enige uitzondering. Voor ons ook is het principe van het Kruis dood en leven, begrafenis en opstanding. God wil ons niet uit de weg ruimen of ons bestaan beëindigen. Nee, nee, nee, duizend keer nee! Alles dat aan het Kruis gespijkerd wordt, zal later tot Opstanding worden gebracht! Zei Jezus niet, dat als we ons leven verliezen, we het zullen winnen? Zei Jezus niet, dat als de graankorrel in de aarde valt en sterft het veel vrucht zal voortbrengen? Halleluja! Dit is de heerlijkheid van het Kruis! Er is niets heerlijks aan sterven als een hond en ophouden te bestaan. Nee, wij hebben iets heerlijkers dan dit als voorland. Het Kruis is niet alleen het einde van mij, maar het begin van mij – een nieuw mens, een wedergeboren ik, een opnieuw geschapen ik! Toch is het niet ik, maar Christus! Ik kan niet volkomen voor God leven totdat ik volkomen aan mijzelf sterf. Dan is het leven, dat ik ontvang het echte, opgestane leven. Vrienden, als we eenmaal de dood overwonnen hebben en zijn opgestaan, kunnen we niet opnieuw sterven! De dood heeft geen macht meer over ons!
Daarom is het zo belangrijk onszelf te verloochenen, DAGELIJKS ons Kruis op te nemen en Jezus te volgen. Stel je eens voor, dat een doktor aan je vraagt,”Leeft U?” Hoe zou je antwoorden? De vraag van leven en dood is toepasselijk op jouw huidige toestand, niet je vroegere ervaring. Met andere woorden, je zegt niet dat je leeft omdat je dertig jaar geleden geboren bent of omdat je vorige week jarig was. Dit zijn slechts historische feiten, die niet hoeven te betekenen dat je VANDAAG gezond bent. Als je hoort van iemand die gestorven is, kun je misschien opmerken dat ze de vorige dag er nog goed uitzag. Niettemin, is ze vandaag dood. Het leven is een dagelijkse toestand, niet een historische.
Precies zo is een vraag naar mijn geestelijk leven een zaak van hoe mijn toestand vandaag is, niet vijf, tien, twintig of vijftig jaar geleden. Aangezien dit het geval is, is het niet genoeg alleen in het begin het Kruis op te nemen. Om vandaag te kunnen leven, moeten wij Zijn Leven vandaag hebben; en om Zijn Leven op dagelijkse basis te kunnen ervaren, moeten wij Zijn Dood dagelijks ervaren. Na vele jaren als een Christen kunnen we misschien glimlachen, zingen, liefdevol lijken, heel betrokken zijn bij geestelijk werk en toch maar weinig Leven, vitaliteit, of frisheid van geest bezitten. We hoeven alleen maar onze mond open te doen, of mensen met onderscheidingsvermogen zullen al gauw proeven of we Leven of Dood voortbrengen. We kunnen woord voor woord herhalen wat we de vorige week gezegd hebben, maar als we vandaag het Leven niet hebben aangeraakt, dan prevelen we maar wat geestelijke uitdrukkingen. Misschien horen we een preek en raken het Leven van de Heer in een broeder of zuster die het deelt. Dan nemen we het mee naar huis en geven het door aan broeders en zusters met dezelfde woorden en illustraties zonder Leven bij de toehoorders te brengen. Waarom? Het was geleend Leven, geen echt ingaan tot Christus en van Hem ontvangen. De woorden zijn misschien wel goed, maar zonder Leven zijn geleende woorden zelfs van weinig waarde.
Christus vergeleek Zijn vlees met het hemelse brood, het manna, dat dagelijks viel en de Hebreeën voedde gedurende hun exodus uit Egypte en daarna tijdens hun dwalen in de woestijn. Elke dag werd er een nieuwe reis ondernomen om verse manna te halen. Alles dat bij de zonsondergang niet was opgegeten, veranderde in wormen vóór de zonsopgang. We zijn dankbaar voor de menigte die de goedheid van de Heer heeft mogen proeven, maar het gaat er niet om, of we de Heer geproefd hebben, maar of wij dagelijks van Hem eten. Is dit jouw ervaring? Onze Heer werd geboren in kleine plaats, Beth-Lehem geheten, dat betekent, “Broodhuis”. Christus leerde ons bidden: “Geef ons vandaag ons dagelijks brood.” Dag in, dag uit, eten wij Zijn vlees en drinken wij Zijn bloed. Dit spreekt van Leven en dagelijkse communie. Wat ook onze voorafgaande geschiedenis en wandel met God is geweest, alles hangt af van het nu en vandaag. Ononderbroken gemeenschap; voortdurende communie en het één zijn met God moet onderhouden worden; inwoning is een handeling in de tegenwoordige tijd.
Hoe onderhouden we het Leven van de Heer in ons? Wat is de getuigenis van de apostel Paulus,”Maar wij zijn slechts een aarden pot voor deze schat; het moet duidelijk zijn, dat onze overweldigende kracht niet van onszelf af komt, maar van God. We worden aan alle kanten belaagd, maar raken niet in het nauw. We worden aan het twijfelen gebracht, maar raken niet vertwijfeld. We worden vervolgd, maar worden niet in de steek gelaten. We worden geveld, maar gaan niet te gronde. We dragen in ons bestaan altijd het sterven van Jezus met ons mee, opdat ook het leven van Jezus in ons zichtbaar wordt. Wij levenden worden altijd omwille van Jezus aan de dood prijsgegeven, opdat in ons sterfelijke bestaan ook het leven van Jezus zichtbaar wordt. Zo is in ons de dood werkzaam, en in u het leven (II Korintiërs 4:7-12).” Ergens anders, zegt hij, “Elke dag sterf ik opnieuw (I Korintiërs 15:31).” Dit is wat dagelijks het Kruis opnemen inhoudt. We verlangen dagelijks naar het leven van de Heer, dus moet Zijn Dood dagelijks in ons werkzaam zijn. Er is geen opstanding zonder de kruisiging.
Het antwoord op de vraag waarom er zo weinig kracht en waarachtige geestelijke vrucht is, is eenvoudig: ze verlangen het Leven van de Heer, maar niet Zijn Dood. Ze verlangen een dagelijkse uitstorting van het Leven van de Heer, maar verachten het vooruitzicht van dagelijks deel uitmaken van Zijn Sterven. Waarom zetten wij ons ertoe dit in alle diepte te verkondigen? Waarom blijven we dit punt zo vaak herhalen? Opdat de heiligen van de Heer goed onderwezen mogen worden in een overwinnend leven, een gezegend leven, wandelen in kracht, de vijand overwinnen en tot hun volle potentieel leven. Daarentegen weet de meerderheid van Christenen bijna niets af van zelfverloochening, hun Kruis dragen, zich op hun zwakheid beroemen, blijdschap ten tijde van verdrukking, winnen door te verliezen, verkrijgen door af te staan, werken door te rusten, het bittere zowel als het lieflijke als geschenken van God aanvaarden, hardheid doorstaan en lijden aanvaarden. God verlangt ernaar ons te vermeerderen en te vergroten; daarom roept Hij ons op terug te komen bij het Kruis en helemaal opnieuw te beginnen.
Christus zegt dat we moeten sterven opdat we kunnen leven; we moeten eerst het Kruis opnemen voordat we het volgen van Jezus waardig zijn. Dit is de roeping van het Kruis. Wie neemt het aan?

About the Author

CHIP BROGDEN is a best-selling author, teacher, and former pastor. His writings and teachings reach more than 135 nations with a simple, consistent, Christ-centered message focusing on relationship, not religion. Learn more »

ONLINE BIBLE STUDY

You have Successfully Subscribed!